Beluister en zing mee

Psalm 1

Speel de psalmmelodie.

Psalm 1 - Ritmisch langzaam
Andere audio
Ritmisch
Iso-ritmisch
Audiobestanden en bladmuziek

Ondersteunende bestanden

Download ondersteunende audio en bladmuziek.

Psalm 1

  • Psalmvergelijker

    Vergelijk de Klassiek Eigentijdse Psalmberijming met andere berijmingen of met de onberijmde psalmen:

    Eerste vergelijking
    Tweede vergelijking (optie)

Voor het vergelijken van hele psalmen in verschillende berijmingen adviseren wij je om de desktopversie van onze website te gebruiken.

Klassiek Eigentijdse Psalmberijming(KEP)

Ga naar vers

Berijming 1773

Ga naar vers

Ga naar vers

Klassiek Eigentijdse Psalmberijming (KEP)

  • 1.
    Gezegend wie zich niet in kringen mengt
    waar slecht gezelschap hem tot zonde brengt;
    wie niet met spotters meedoet in gesprekken,
    maar in Gods wet zijn vreugde mag ontdekken;
    wie dag en nacht Gods Woord als basis heeft,
    dat overdenkt, gelovig daaruit leeft.
  • 2.
    Hij is zoals een boom, die aan de kant
    van stromend water stevig is geplant.
    Hij droogt niet uit, zijn blad zal niet verschroeien,
    maar op zijn tijd zullen er vruchten groeien.
    Wat hem ook overkomt, in wat hij doet
    ontluikt en bloeit hij; alles lukt hem goed.
  • 3.
    Heel anders zal het met de mensen gaan
    die doen alsof Gods wetten niet bestaan,
    die los van Hem hun levenskoers bepalen.
    Gods toorn zal bij Zijn oordeel op hen dalen.
    Hij blaast hen weg, zoals de wind het kaf.
    Oprechten blijven, kwaden vallen af.
  • 4.
    God kent de weg van al wie bij Hem hoort.
    De HEERE ziet wie handelt naar Zijn Woord.
    Aan wie rechtvaardig is, geeft Hij Zijn zegen.
    Maar goddelozen komen op hun wegen
    bedrogen uit, waar zij ook gaan of staan.
    Hun spoor loopt dood en zal voorgoed vergaan.

Berijming 1773

  • 1.
    Welzalig hij, die in der bozen raad
    Niet wandelt, noch op 't pad der zondaars staat,
    Noch nederzit, daar zulken samenrotten,
    Die roekeloos met God en godsdienst spotten;
    Maar 's HEEREN wet blijmoedig dag en nacht
    Herdenkt, bepeinst, en ijverig betracht.
  • 2.
    Want hij zal zijn gelijk een frisse boom,
    In vetten grond geplant bij enen stroom,
    Die op zijn tijd met vruchten is beladen,
    En sierlijk pronkt met onverwelkte bladen;
    Hij groeit zelfs op in ramp en tegenspoed;
    Het gaat hem wel; 't gelukt hem, wat hij doet.
  • 3.
    Gans anders is 't met hem, die 't kwaad bemint;
    Hij is als kaf, dat wegstuift voor den wind;
    Geen zondaar zal 't gewis verderf ontkomen,
    Als in 't gericht door God wordt wraak genomen;
    Hij, die van deugd en godsvrucht is ontaard,
    Zal niet bestaan, waar 't vrome volk vergaârt.
  • 4.
    De HEER toch slaat der mensen wegen gâ,
    En wendt alom het oog van Zijn genâ,
    Op zulken, die, oprecht en rein van zeden,
    Met vasten gang het pad der deugd betreden;
    God kent hun weg, die eeuwig zal bestaan,
    Maar 't heilloos spoor der bozen zal vergaan.

Berijming 1773

  • 1.
    Welzalig hij, die in der bozen raad
    Niet wandelt, noch op 't pad der zondaars staat,
    Noch nederzit, daar zulken samenrotten,
    Die roekeloos met God en godsdienst spotten;
    Maar 's HEEREN wet blijmoedig dag en nacht
    Herdenkt, bepeinst, en ijverig betracht.
  • 2.
    Want hij zal zijn gelijk een frisse boom,
    In vetten grond geplant bij enen stroom,
    Die op zijn tijd met vruchten is beladen,
    En sierlijk pronkt met onverwelkte bladen;
    Hij groeit zelfs op in ramp en tegenspoed;
    Het gaat hem wel; 't gelukt hem, wat hij doet.
  • 3.
    Gans anders is 't met hem, die 't kwaad bemint;
    Hij is als kaf, dat wegstuift voor den wind;
    Geen zondaar zal 't gewis verderf ontkomen,
    Als in 't gericht door God wordt wraak genomen;
    Hij, die van deugd en godsvrucht is ontaard,
    Zal niet bestaan, waar 't vrome volk vergaârt.
  • 4.
    De HEER toch slaat der mensen wegen gâ,
    En wendt alom het oog van Zijn genâ,
    Op zulken, die, oprecht en rein van zeden,
    Met vasten gang het pad der deugd betreden;
    God kent hun weg, die eeuwig zal bestaan,
    Maar 't heilloos spoor der bozen zal vergaan.

Psalm 1: 'De ouverture op het Psalmboek'

Toen de samenstellers van het Psalmboek zich beraadden over de opbouw en de invulling ervan, kozen zij ervoor om het liedboek van Israël te beginnen met Psalm 1. De dichter van dit lied kennen wij niet, maar hij kent zichzelf en ons terdege. Hij weet dat er maar twee soorten mensen in de wereld zijn: goddelozen en rechtvaardigen. Mensen die met God leven en mensen die zonder Hem leven. Bij de eerste groep hoorde de dichter eerst en door Gods genade is hij bij de tweede groep gaan horen. Mooi is hoe hij beschrijft wat een rechtvaardige doet en denkt, hoe hij leeft en floreert.

Daar staat het leven van de goddeloze schril en schrijnend tegenover. Je zult toch maar vergeleken worden met waardeloos kaf. Nee, dan het leven en de toekomst van de rechtvaardige. God is bij hem en straks is hij eeuwig bij God. Wat wil je nog meer? Het kan door Jezus, die onder onrechtvaardige handen stierf, opdat wij een boom zouden zijn die eeuwig vrucht draagt.

Uitvoeringen Psalm 1

Psalm 1 - Zingen uit de Bron

Psalm 1 - Zingen uit de Bron

Thematische verdieping

Meer verdieping
Bijdragen

Laat een nieuwe generatie zingen

Met jouw financiële steun ontwikkelen we over een periode van meerdere jaren 150 psalmen in klassiek-eigentijdse taal en publiceren we geestelijke liederen waarin het Evangelie van Jezus Christus centraal staat.

Doneer